Pijn acceptatie tijdens de ZIN challenge

Dag 9 is ronduit heerlijk. Bijzondere en onverwachte ontmoetingen liggen iedere dag in verschiet. Deze keer met twee dieren. Wat een goede keuze om 30 dagen in het bos te verblijven en te doen waar mijn ZIN me heenvoert. Boompje hier, stroompje daar. Even kijken naar een ontluikend blad, ruikend aan onverwachte bloesemregen. En dan het meertje waar ik iedere dag ga zitten en steeds langer stilval.

Allerlei mensen passeren langs de oever, maar mijn ogen blijven gesloten. Van binnen zie ik de honden die ze met zich meevoeren. Bij één stel gaan mijn ogen toch open. Een kleine wat angstige hond en een grotere op een wolf lijkende hond. De baas kijkt mij aan en blijft maar groeten, alsof hij steeds weer opnieuw kennis met me maakt. De grote hond wordt aangemoedigd het water in te springen, maar verder dan vrolijk pootje baden wordt het wat hem betreft niet. Dan neemt hij een spurt en rent met bokkensprongen recht op mij af. Vlak voor me blijft hij staan, ruikt aan m’n tas en kijkt me een paar tellen indringend aan. Z’n klaarheldere blauwe ogen kijken verwonderd en dwars door me heen. Hij laat iets van speelse wildheid bij me achter op mijn netvlies. Dan springt hij weer net zo abrupt op en vertrekt terug naar z’n baas.

Daarna besluit ik van Wond naar Wijsheid te doen. Een oefening die ik sinds een paar maanden toepas als ik pijn ervaar. Ik concentreer op de pijn die ik gisteren ervoer omdat ik mijn overleden zus miste, en laat deze sensatie toe in de rest van m’n lichaam. Als het moment daar is om een helper te vragen mij te assisteren in het transformatie proces, open ik m’n ogen en zie een lange snoek traag aan me voorbij zwemmen op een meter van me vandaan in het meertje.
Zijn linkeroog blijkt me aankijken alsof hij me wenkt. Ik passeer m’n eerste verbazing en ga verder met de oefening met hulp van de snoek. Onder water laat de vis me zien dat we nog steeds in alle tijden en in alle levensvormen aanwezig zijn. Dat het zinvol is om zo aan het water te zitten en ons op te laten nemen in die “oude stromen kennis” van hoe de dingen al eeuwen gaan. Hoe ‘wazig’ dit voor sommige mensen misschien klinkt, maar juist dat houdt ons met beide benen op de grond. Het verbindt ons met wijsheid die ons toebehoort, maar die niet ontvangen kan worden tijdens het-tussen-vier-muren-leven.

Na de oefening, delen we symbolen uit, van wederzijdse erkenning. Mijn symbool voor de pijn die ik ervoer aan de snoek: een sleutel, van m’n hart. Ik krijg van de snoek een televisiescherm, zodat ik blijf onthouden, dat alles wat aan mij verschijnt, mijn eigen projectie is. Het zet me opnieuw aan om te geloven in mijn eigen zender en de programma’s die ik erop uitzend, want die zijn over het algemeen vrolijk, informatief, avontuurlijk en uiteraard voor mijzelf zeer toegankelijk!

Ps. Als ik de volgende dag weer bij het meertje aankom, ligt de snoek roerloos te wachten bij de plek
waar ik dagelijks mediteer.

Heeft niksen ZIN, dag 1 van de ZIN challenge

Kun je niksen zonder je schuldig te voelen? Dag 1 van m’n 30 dagen wandel- en meditatietocht draagt het thema vertragen. Ingezet door een vrouw die ik zie joggen door het bos. Terwijl ik alleen maar lang- en langzamer zou willen lopen om te kunnen vertragen. Na een half uurtje op weg te zijn, laat ik m’n lichaam al neervleien tegen een stevige boomrug. Een buizerd, een zanglijster, roodborstje, een bonte specht en tientallen andere vogels laten hun lentekriebels klinken. En ik voel dat een enorme maatschappelijke moeheid m’n benen uit wil vloeien. De gedachte aan 30 dagen de tijd nemen om dit vertragingsproces te laten voltooien stemt me gerust. Dit is zo nodig. De behoefte om helemaal tot stilstand te komen, alleen m’n eigen energie nog te hoeven ervaren. 

De gedachte popt op dat dat misschien wel egocentrisch is. Want al die mensen die nu hard werken voor hun geld, hun baas, om een auto te rijden, de kinderen te eten kunnen geven, droog en warm te kunnen leven, een opleiding te kunnen volgen.

En dan zit ik hier in de zon te ‘niksen’. Ja, dit is 1 van de kerngedachten waarom ik deze 30 dagen wandeltocht doe. Want hoe kan het dat deze gedachte opkomt, terwijl ik mijn zaakjes prima voor elkaar heb, niemand tot last ben en me ook niet onttrek aan het systeem.

De indruk wekken dat je ergens aan mee moet doen om erbij te horen en mee te tellen, of de indruk wekken dat je pas gelukkig kunt zijn als je dat ene product in je bezit hebt, of de indruk wekken dat je iets ervaren moet hebben om te kunnen zeggen dat je geleefd hebt, misschien is dat pas egocentrisch.  

Leef vol overgave, zonder alles te bevragen, zo krijgt burn-out geen kans.

Leef vol overgave, zonder alles te bevragen, zo krijgt burn-out geen kans.

Filosoof Welmoed Vlieger ( 42 ) kreeg vat op het leven dankzij oude denkers. Hun grootste les? Leef vol overgave, zonder alles te bevragen. Zo krijgt een burn-out geen kans. Artikel verschenen in de Volkskrant
Welmoed Vlieger (1976, Denekamp) werkt als buitenpromovendus aan een onderzoek over innerlijkheid en politiek aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Ze studeerde godsdienstwetenschap en wijsbegeerte. Vlieger woont met haar gezin in Amsterdam en heeft twee kinderen van 8 en 15. Ze schrijft columns, geeft lezingen en organiseert filosofiedagen en -weekenden.
De vader van Welmoed Vlieger was dominee. Ze is de jongste van vier kinderen en verhuisde veel in haar jeugd. ‘Ik ben niet kerkelijk dogmatisch opgevoed. Wel hebben mijn ouders me bronnen aangereikt. Maar dat behoedt je dus niet voor een crisis, het komt erop aan je eigen bronnen te vinden. Daar gaat het om: ontdekken wat jou inspireert. Dat is een enorme zoektocht.’

Elk mens doorloopt een zoektocht om zichzelf te leren kennen en vat te krijgen op wat het leven is. Die route is voor ieder mens anders. Het probleem aan de basis van veel psychische klachten – ook bij een burn-out – is volgens filosoof Welmoed Vlieger (42) dat de meeste jonge mensen de zoektocht niet eens aangaan. Begrijpelijk, in een wereld waarin likes sneller te krijgen zijn dan een antwoord op je eigen waarom, maar weerbaar worden we er niet van.

Alles moet tegenwoordig van buiten komen, observeert Vlieger, gezeten aan de houten keukentafel in haar appartement. Er gaat iets kalmerends uit van haar aanwezigheid. Ze is rustig, ingetogen. Formuleert voorzichtig, zoekt nauwkeurig naar woorden, alsof ze gaandeweg het gesprek tot inzichten komt.

Ze gebruikt oude woorden, van dode denkers: innerlijkheid, ziel. Niet verwonderlijk, voor een filosoof die na een flinke dwaaltocht haar eigen inspirator vond in een middeleeuwse mysticus, Meester Eckhart.

Om de kern van ons mens-zijn te illustreren, gebruikt Vlieger een beeld van een andere wijsgeer, Plato. Die beschrijft de menselijke ziel als een paardenspan. Op de bok zit een wagenmenner, het verstand. Met slechts één taak: de boel een beetje in het gareel houden. Want de twee paarden in het span verkiezen elk een eigen route. Het ene paard wil het leuk hebben, zoekt vertier, verstrooiing en genot, het andere zoekt zingeving, liefde, vriendschap en een goede manier van leven. De tweestrijd tussen die neigingen, tussen afleiding en stilstaan, korte termijn en diepe waarden, dát is volgens Vlieger het menselijk bestaan.

De mens hoort te worstelen, zegt u?

‘We zijn niet zomaar een persoon met een aantal eigenschappen die samen onze identiteit vormen. Uniek voor de mens is dat we samengestelde wezens zijn. De worsteling tussen onze twee kanten, de tegenstrijdigheid in ons wezen is door de eeuwen heen beschreven in de filosofie. De mens maakt voortdurend schijnbewegingen om maar niet de confrontatie met zichzelf aan te gaan.’

U schrijft over jonge mensen die de weg kwijt zijn. Wat bedoelt u daarmee?

‘Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie heeft eenderde van alle jongeren een mentale aandoening en worden het er alleen maar meer. Daarbij gaat het om depressie, verslaving, burn-out. Vooral het aandeel van jonge vrouwen is groot. Ik probeer te begrijpen wat er gebeurt en heb het vermoeden dat er vaak een zingevingsprobleem achter schuilgaat. De huidige tijd is best moeilijk om in op te groeien. Met de tirannie van de perfectie en de druk om leuk, mooi en geslaagd te zijn. Terwijl het juist de kunst is om te gaan met tegenstrijdigheden – aan alles zit een rafelrandje.

‘Ik ben voorzichtig, ik zeg niet dat het dé oorzaak is, maar in gesprekken met jongeren merk ik vaak dat ze een existentiële leegte ervaren.’

Wat is dat?

‘Gevoelens van doelloosheid. Zinloosheid. En daaronder: angst. De Deense denker Kierkegaard weet dat als geen ander te verwoorden. Hij laat zien hoe mensen kunnen vastlopen in angst en vertwijfeling. Vooral in tijden van tegenslag, verlies en rouw. Op dat soort momenten doemen existentiële vragen op: waarom overkomt mij dit, hoe moet ik hiermee omgaan? De verbanden van kerk en gemeenschap zijn weg en we zijn teruggeworpen op onszelf, als het gaat om dit soort levensvragen.

‘Ik merk dat jongeren meer en meer naar buiten gericht zijn. Dat maakt dat je je minder verhoudt tot je binnenwereld, waarin tegenstrijdigheden woekeren. Innerlijkheid is voor mij een belangrijk onderwerp. Dat woord dreigt helemaal te verdwijnen in deze tijd, net als het woord ziel.’

Wat bedoelt u met innerlijkheid?

‘Het landschap in jezelf met angsten, leegte en kanten die je niet kent: hoe verhoud je je tot jezelf en tot de wereld? Innerlijkheid raakt aan termen als ziel en geweten. Een beetje ouderwetse woorden, met een lange geschiedenis. Grote denkers hebben ze gebruikt.

‘Ik denk dat het belangrijk is dat je probeert die binnenwereld te leren kennen. Dat je niet voortdurend op zoek blijft naar afleiding, maar dat je alleen kunt zijn. Om in tijden van tegenslag – die iedereen meemaakt – op jezelf te kunnen terugvallen. Als je je eigenwaarde afhankelijk maakt van de buitenwereld, ben je afhankelijk van het toeval en het grillige lot – en ja, dan kan alles makkelijk instorten. Als je eigenwaarde van binnenuit komt, heb je een dragende grond.’

Kunnen jonge mensen niet alleen zijn?

‘Alleen zijn is beangstigend. Omdat het diepe vragen oproept. Toen ik lesgaf aan studenten, hoorde ik telkens: ik weet niet wat ik met mezelf moet. Terwijl juist dát zo belangrijk is.

‘Die angst, daar moeten we niet vanaf. Daar moeten we doorheen, je moet de dialoog aangaan met jezelf, om vertrouwen te krijgen in het bestaan. Want dat bestaan is een volstrekt oncontroleerbaar iets. Dat proberen we voortdurend onder controle te krijgen. Althans, we denken dat te kunnen, maar dat kán niet. Een uitspraak als ‘het gaat goed met mij’ staat daar model voor. Alsof je kunt zeggen: het is klaar, ik heb het voor elkaar.

‘Dat is een verkrampte manier om met het leven om te gaan. Omdat heel veel onzeker is. We moeten ons verhouden tot die onzekerheid.’

We werken steeds meer met ons hoofd. Denkt u dat we daarom massaal aan mentale uitputting lijden?

‘Nee. Het zijn vragen als: kan ik dit wel, wil ik dit wel of doe ik dit omdat anderen het van me verwachten? Dáár worden mensen moe van. Dat vraagt om zelfonderzoek: eerlijk jezelf onder ogen zien. Dat los je niet op met een weekendje Parijs.

‘En, dat vind ik belangrijk om te benadrukken, het is geen navelstaarderij. Want door jezelf te leren kennen – ook je donkere kanten – kan er ook ruimte voor anderen ontstaan. Je kunt je makkelijker verhouden tot anderen, hen accepteren zoals ze zijn.

‘Ik zie vaak jonge vrouwen op sociale media die letterlijk om likes en hartjes vragen, als ze in de put zitten. Dat vind ik echt zorgelijk. Er is geen weerbaarheid. Het maakt je enorm vatbaar voor teleurstelling en afwijzing van buitenaf. Die moet je dan weer compenseren met bevestiging van buitenaf.’

We hebben het tamelijk goed voor elkaar, zijn welvarend en volgens enquêtes ook gelukkig.

‘Als je zeven dagen per week op het land ploetert, is het leven vanzelfsprekend zwaar. Mensen werden vroeger meer beproefd, er was meer dood, verlies, honger. Dat doet iets met je als mens, het bepaalt je.

‘Ik denk dat welvaart ons ook minder weerbaar heeft gemaakt. Een afwijzing komt snel aan als een mokerslag. Van vrienden, op ons werk. We maken ons gauw zorgen, denken: het gaat niet goed met me, wat nu? We zijn niet gewend aan tegenslag. We willen controle, preventie. Alles bedwingen. Wat niet perfect is, moet opgelost. Voelen we leegte of angst? Daar moeten we vanaf.

‘Het rafelige, het lelijke, het angstige: we moffelen het weg. Ook de dood. Het moet allemaal uit het zicht en dat maakt ons juist kwetsbaar. Want dood, ziekte en verlies van dierbaren blijven bestaan. Omgaan met zulke ervaringen wordt lastig als je een wereld creëert waarin die zaken afwezig lijken te zijn.’

Mensen krijgen een burn-out omdat ze niet weerbaar genoeg zijn?

‘Ik vermoed dat angst ten grondslag ligt aan een burn-out. Angst kan veel weerstand oproepen, we willen er niet aan. Terwijl angst wezenlijk is, hij hoort bij de mens, we moeten daar iets mee. Daarvoor is reflectie nodig. Doe je daar niet aan, dan duikt hij op de meest onmogelijke momenten op. En dat beangstigt nog meer, benadrukt nog meer het oncontroleerbare.

‘Ik denk dat we onderscheid moeten maken tussen psychische en geestelijke klachten. Die laatste zijn heel menselijke, existentiële problemen waar iedereen tegenaan loopt. Het is de vraag of je daarvoor bij een psycholoog aan het juiste adres bent.

‘Filosofen spreken van een dialoog: je kunt pas tot zelfinzicht komen in contact met iets anders. Vroeger kon dat God zijn. We verlangen naar een kritische vriend, een sparringpartner. Die behoefte vervullen we nu vaak door naar een psycholoog te gaan.’

Wat is het alternatief, denkt u?

‘Jonge mensen hebben ruimte en aanmoediging nodig om op zoek te gaan naar bronnen die hen innerlijk voeden. Wat raakt je, wat inspireert je, waaraan trek je je op? Bronnen komen in allerlei gedaanten: in muziek, poëzie, literatuur, kunst, religie, het krijgen van kinderen. Als het de innerlijke dialoog maar op gang brengt. Alleen op die manier kun je je eigen angsten en onzekerheden aanschouwen.

‘Bovendien, en dat is minstens zo belangrijk: die bronnen maken dat je jezelf kunt zien als deel van iets groters. Die laten je zien dat je niet alleen staat in de wereld. Mooie teksten of kunst kunnen zo veel zin geven. Je laten beseffen dat je een bepaalde rol hebt, een verantwoordelijkheid.’

Hoe ging dat bij u, het vinden van een bron?

‘Ik heb een moeizame middelbareschooltijd gehad. De stof raakte me niet, ik sleepte me door de dagen. Ik had moeite met het schoolsysteem, verzette me ertegen, was een opstandige puber. Ik voelde me verdwaald, angstig, wist niet wat ik moest.

‘Via een lange omweg heb ik uiteindelijk mijn havodiploma gehaald en mocht ik toelatingsexamen doen voor de universiteit. Daar ging een wereld voor me open. Of nou ja, aanvankelijk voelde ik me verloren in een zee van denkers.

‘Het zijn bepaalde docenten geweest die me richting gaven, die zeiden: lees dit eens, of dat. Zo kwam ik Meester Eckhart tegen, een filosoof uit de 13de, 14de eeuw. Wat hij beschreef, herkende ik. Ik voelde: ik sta niet alleen, maar in een traditie van denkers die op eenzelfde manier naar de wereld kijken.’

En welke manier van kijken is dat?

‘Hij spreekt over leven vanuit je eigen bestaansgrond, zonder waarom. Ik leef omdat ik leef, omdat ik niet anders kan, vol overgave. Ik geef lezingen over dat thema en die uitspraak, ‘leven zonder waarom’, trekt veel mensen aan. Juist omdat zij continu vol vragen zijn: waarom dit, waarom dat? Mensen verlangen naar een leven waarin ze niet continu het nut van alles bevragen. Rust vinden in wat er is. Het zijnde laten zijn, zegt Heidegger. Niet voortdurend de controle willen hebben. Want precies dát is vermoeiend en geeft onrust, stress en druk.’

Wat is die ‘grond’ voor u?

‘Het zijn vooral religieuze auteurs die mij raken, zoals Kierkegaard en Dostojevski. Me opgenomen weten in iets groters, de ervaring dat het leven in de grond zin heeft. Er zijn mensen vóór ons geweest en er komen mensen na ons voor wie wij verantwoordelijkheid dragen. Dat besef maakt je los van narcisme, van bezig zijn met je eigen leventje. Het geeft zin en betekenis aan je bestaan.’

Bent u daarmee beschermd tegen een burn-out?

‘Dat weet je nooit. Ik werk hard, heel hard. Ik heb twee kinderen. Mijn promotie staat centraal, maar ik doe ook columns, lezingen, weekenden. Ik ben gelukkig met wat ik doe. Maar je hoort vaak: plotseling kon ik helemaal niets meer. Het komt bij iedereen onverwachts.

‘Ik ervaar weinig stress, gek genoeg. Ik ben veel alleen. Dat vind ik fijn, heb ik ontdekt. Maar dan nog. Er is geen enkele garantie in het leven.’

Lees meer over burn-outs op volkskrant.nl/burnout

Hoe een boek je diepgaand kan ZINspireren

Voordat ik zwanger was van mijn eerste zoon (bijna 15 jaar terug) lag ik eens een zondagmiddag uit te puffen in een warm dampend bad; zoals altijd hongerig naar kennis had ik een boek meegenomen, Shambhala, the sacred path of the Warrior, van Chogyam Trungpa. Op de voorkant een grote gele zon en vier mythische dieren. Het was een prachtig, maar stevig-te-verteren boek. Het greep me, omdat de schrijver na jarenlang boeddhistische leer verspreiden, nu een werelds boek schreef over hoe een strijder te zijn in deze tijd, een strijder die zijn hartewens realiseert, een verlichte maatschappij.

Ik ben zo’n strijder voor een verlichte maatschappij en wilde de wijsheid uit het boek dan ook echt begrijpen. Het heeft 10 jaar geduurd om het hoofdstuk voor hoofdstuk te lezen. Het belangrijkste inzicht voor mij was: iedere strijder heeft een gewond, kwetsbaar hart waarin hij “het licht” kan laten opkomen. De zon laten ondergaan is makkelijk, maar de zon, het licht in je leven op laten komen, dat vergt doorzettingsvermogen en durf.

Toen ik zocht naar een nieuwe plek om mijn meditatielessen te kunnen geven, kwam ik terecht in wat nu ZINTRE heet. Het was ruim, licht, open en ik had er meteen een vrij gevoel. Ik zei ja tegen een stevige huur, een heleboel studenten die ook gebruik maken van het pand en buren die ik nog nooit gezien had. Het was een gedurfde en zeer liefdevolle stap.

Toen ik samen met een vriendin ruim 2 jaar geleden de zon schilderde in ZINTRE, was het boek inmiddels weggezakt. Maar de betekenis van de Grote Opkomende Zon blijkbaar niet, want daar verscheen zij krachtig op de muur. Grappig was dat een paar maanden later de schrijver van het boek aan me ‘verscheen’ in een meditatie in ZINTRE en ik de verbinding met het strijden voor een verlichte maatschappij kon herstellen.

Met de ZINTRE-ZON hoop ik jouw eigen innerlijke zon aan te wakkeren. Als het aan mij ligt, is ZINTRE een plek waar je terecht kunt om je eigen hart en daarmee de wereld om je heen lichter te maken. Ik ben inmiddels geland en geworteld op deze plek, van hieruit lever ik mijn bijdrage aan een verlichte samenleving. Ik ben dan ook heel blij dat de tijd rijp is dat meer trainers hun licht ZINTRE inbrengen en we samen gaan stralen!

zaterdag 2 februari 10:30-16.30 houden wij gezamenlijk een eerste OPEN DAG!

We  hebben een prachtig, krachtig en uiteraard verlichtend programma in elkaar gedraaid. Helemaal gratis en voor niets, net zoals de ZON!!! Alleen voor de lunch vragen we je een bijdrage.

10:30 feestelijke opening. ontvangst met taart
11.00 ZIN in luisteren naar je intuïtie (Saskia Zwijnenburg)
12.00 ZIN in omzetten van je wonden in wijsheid (Laura Jonker)

13.00 ZIN in ‘n lekkere lunch met live muziek en jam

14.00 ZIN in de magie van je lichaam (Dinne Brinkman)
15.00 ZIN in je gevoel leren kennen, leuk als je een maatje meeneemt (Laura Jonker en Joost Roks)
16.00 ZIN in dansen! met een superfijne, opwekkende playlist! tot zolang we er zin in hebben

ZIN OM JE DAN TE ONTMOETEN! Nodig vooral ook vrienden / kennissen uit. Als het aan ons ligt, ga je naar huis met de ZON in je hart.
Laura

Kan ik liefdevol zijn naar mezelf?

Waarom mediteren we? Om in contact te staan met onze oorspronkelijke liefde. De liefde die gewoon gul is, uitreikt naar een ander zonder iets terug te verwachten. Deze liefde stroomt omdat het leven nu eenmaal beweeglijk en veranderlijk is. Wij kunnen daar in meegaan. Door haar leren we onze grootsheid kennen. En herinneren we ons dat we hier in wezen niet alleen voor onszelf zijn, maar ook om te genieten van elkaars gezelschap. Het is fijn als deze liefde beantwoord wordt, maar het hoeft niet, want deze liefde beantwoord steeds zichzelf en laat jouw naam doorklinken in haar antwoord. 

Daarom mediteer ik. Iedere keer weer. Soms gaat het vanzelf omdat het verlangen groot is, of een gevoel aan gemis voelbaar. Soms moet ik er iets voor doen. Mezelf een plekje gunnen en geven waarin ik tot rust kan komen. Me even terug trekken uit het gezinsgewoel zodat ik helder houd wat ik aan het doen ben. De boel de boel laten, zonder mij loopt het ook in het honderd????

En dan voel ik mijn hart, ruist er bloed door mijn aderen, snuif ik geuren op, zie ik de ruimte om me heen en is dat voldoende voor weer een nieuwe dag (met liefde). 

Kan ik pijn accepteren en toch blij en tevreden zijn?

Wij hebben het in ons om blij en tevreden te zijn met ons leven. Het leven maakt geen onderscheid, hoewel we zelfs soms denken van wel. We vinden dat anderen meer ongeluk hebben dan wij, mooiere karaktereigenschappen of harder moeten werken dan wij. We bezien de wereld vanuit wat de ander zegt, denkt of doet. Maakt het leven dat onderscheid tussen mensen, of maken wij dat zelf? Door onze blik, door hoe we gebeurtenissen in ons leven interpreteren, hoe we geleerd hebben om te gaan met verlies en tegenslagen?

Ja, zeg jij misschien, maar het leven gaat niet over rozen, door wat ik heb meegemaakt kan ik niet meer blij zijn. Inderdaad, het leven schrikt ons op met onaangename gebeurtenissen. Wanneer je vader op jonge leeftijd plotseling overlijdt, je ouders gaan scheiden, je ontslagen wordt, je slachtoffer wordt van geweld, je overgevoelig bent voor stress en in een burn-out terecht komt, vallen zekerheden zomaar weg. Niemand verwacht van jou dat je in zo’n moment blij en tevreden bent. Want iedereen weet dat deze gebeurtenissen diep ingrijpen.

Wat deze gebeurtenissen doen, ze schudden ons wakker, maken ons attent op het feit dat we LEVEN. Nu. En in dat leven ligt de blijheid en tevredenheid verscholen, waar ik over spreek. Het leven is goed, daar hoeven we ons niet om te bekommeren. Als we te veel met de vraag bezig zijn of het leven wel goed is voor ons, verzanden we in een onoplosbaar vraagstuk. De vraag is eerder, kunnen we deze goedheid toelaten? Kunnen we toestaan dat we onze laagjes afpellen en het zonlicht onze huid laten verwarmen? Kunnen we ons verzoenen met angst, ons hart verzachten voor frustratie, ons verdriet een plek geven zodat we niet meer opgesloten hoeven te zijn in onze zelfgebouwde veilige cocon? Kunnen we als een zelfbewuste vlinder onze cocon verlaten en kleur gaan geven aan ons eigen bestaan?

Op die vragen zeg ik in middels volop JA! Tuurlijk ik heb ook mijn weg afgelegd. Maar juist daardoor kan ik met de opgedane wijsheid, invoelend vermogen, vrolijke sprankeling en kracht mogelijk maken dat jij vertrouwen voelt in jouw leven. Dat de mentale muurtjes vallen, die je gevangen houden in een kleinerende gedachte, een beperkende overtuiging, een oud sentiment. Dat je lichaam een fijne plek is om te vertoeven. Dat je geen remmingen meer ervaart om simpelweg JEZELF te ZIJN. Als ik je op een of andere manier hierbij zou kunnen ondersteunen, maakt dat mij weer blij, dus schroom niet om contact op te nemen, als je daar zin in hebt!